CiceroYou are here: Home > Boekbesprekingen > De Thibaults 2 De Thibaults 2
De Thibaults deel 2 – Roger Martin du Gard
“Na een korte pauze zei hij: ‘Ik kan er niet bij… Oorlog… Wie had dat voor mogelijk gehouden…? (…) Het is volledig het Oedipus-drama… Oedipus was ook gewaarschuwd. Maar toen op de fatale dag de verschrikkelijke dingen die waren voorspeld plaatsvonden, herkende hij ze niet. Wij net zo… Onze profeten hadden alles voorspeld; we loerden op het gevaar, en we verwachtten het van de kant waarvan het inderdaad gekomen is, van de Balkan, van Oostenrijk, van het tsarisme, van het pangermanisme… We waren gewaarschuwd… We waren waakzaam… Een hoop wijze mensen hebben alles in het werk gesteld om de catastrofe te voorkomen… En toch is het gebeurd, we hebben het niet kunnen vermijden… Waarom niet? Dat vraag ik me telkens weer af. Waarom? Misschien simpelweg omdat er in al die gevreesde gebeurtenissen, waarop we voorbereid waren, een onvoorziene factor is geslopen, een kleinigheid, net genoeg om ze een iets ander aanzicht te geven en ze plotsklaps onherkenbaar te maken… zodat ondanks de waakzaamheid van de mens, de valstrik van het lot kan werken… En nu zitten we in de val…’” (p.597) Aldus luidt het commentaar van de oude medicus Philip op het moment dat duidelijk is dat de eerste Wereldoorlog onafwendbaar is. We zijn dan halverwege het tweede deel van de omvangrijke roman De Thibaults, dat helemaal in het teken staat van deze oorlog. De eerste helft van dit deel beschrijft de maanden voorafgaand aan de oorlog, de zomer van 1914, de tweede helft speelt zich af tijdens die oorlog, in de periode 1914-18. Het knappe aan deze roman vind ik dat de oorlog allesoverheersend is, maar dat de twee hoofdpersonen, de gebroeders Jacques en Antoine Thibault, daar niet actief aan deelnemen. Jacques is pacifist, en doet alles om deze, in zijn ogen imperialistische, oorlog te voorkomen. Toch krijgen we juist via hem de meest directe oorlogsbeelden te zien. In zijn wanhoopsdaad om het geweld te keren door pacifistische pamfletten vanuit een vliegtuigje uit te strooien boven de frontlinies, verongelukt hij voordat er maar één pamflet gestrooid is. Zwaar gewond wordt hij op een brancard meegevoerd door de terugtrekkende, verslagen Franse troepen. Dat levert mooie, poëtische beschrijvingen op: “Gedreven door een collectieve impuls, lukt het de opeengepakte massa soldaten, die hopeloos in deze chaos verstrikt leken, zich los te maken en tot een colonne te formeren; ze haasten zich, stoten tegen elkaar, maken zwijgend plaats, en al gauw, als een vlucht trekvogels, zetten ze zich langzaam in beweging in zuidelijke richting, achter het peloton van de hogere officieren. Het gerinkel van de kookketels, de kroezen en de gamellen, dat het doffe gestamp van de kistjes op de zachte grond begeleidt, vult het bos met het gedruis van een kudde. Een rossige stofwolk die naar hars ruikt, stijgt op tussen de dennenbomen. ‘En wij, chef?’ De brigadier heeft zijn besluit al genomen. ‘We volgen ze!’ – ‘Met Fragil?’ – ‘Jazeker…! Kom op! Achter mij aan, voorwaarts!’” (p.759) (Jacques, die zo zwaar gewond is dat hij niet kan praten, wordt door zijn begeleiders Fragil genoemd, naar de tekst op een lat waarmee één van zijn benen provisorisch gespalkt is. Een mooi, humoristisch detail naar mijn mening, dat tegelijkertijd veel zegt over de breekbare staat waarin het slachtoffer verkeert…) Broer Antoine heeft als arts wel actief de oorlog meegemaakt, maar zijn verhaal krijgen we pas te horen in de (lange) ‘epiloog’, als hij als slachtoffer van gifgas in een Frans hospitaal verpleegd wordt, ver van het oorlogsfront. Tijdens zijn uitzichtloze ziekbed reflecteert hij op het leven, op de tijd voor de oorlog (de tijd die beschreven werd in deel 1), de mogelijkheden en verwachtingen die allemaal niet zijn waargemaakt: “Allemaal jong. Allemaal vol vertrouwen in hun jeugd en in het leven, onkundig van de toekomst, zonder enig vermoeden van de catastrofe die de staatslieden van Europa voorbereidden en die in één klap hun kleine, individuele plannen zou wegvagen” (p.880) Over het eerste deel van de roman was ik indertijd, bij het uitkomen van de Nederlandse vertaling (2014) niet echt enthousiast. Nu, begin 2016, bij het lezen van dit tweede deel van De Thibaults begrijp ik beter dat deze roman vergeleken is met de grote epische oorlogsroman Oorlog en vrede van Tolstoj. En zie ik eigenlijk nog meer overeenkomsten, qua stijl en inhoud, met de trilogie De wegen der vrijheid van Jean-Paul Sartre. Sartre heeft zich bij de opzet van die roman over de Tweede Wereldoorlog ongetwijfeld (mede) laten inspireren door Roger Martin du Gard. Het is goed mogelijk dat de titel van het derde deel van Sartres roman, De dood in het hart, rechtstreeks ontleend is aan De Thibaults, waar een jonge stukadoor naar aanleiding van zijn mobilisatie zegt: “Ik moet de eerste dag opkomen, morgen… Ik haat oorlog. Maar ik ben Fransman. Het land wordt aangevallen. Ze hebben me nodig, en ik ga! Ik ga met de dood in het hart, maar ik ga!” (p.607)
Wandelblogs
Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject. Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’. Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen". Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... Sorry daarvoor.
Mijn boekenka(s)t(t)en
Extra's
Rome revisited
Zes dagen Dublin
Weerzien in Petersburg
Omweg naar Moskou
Rondreis door Ierland
Zeven dagen in Rome
|
Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login