282,061 visitors
323,562 page views
1.15 page views / visitor

 

Cicero

You are here:   Home > Boekbesprekingen > De Walgvogel

De Walgvogel

 

 Jan Wolkers - De Walgvogel


“Het eerste gedeelte van het verhaal speelt zich af in Nederland, grotendeels tijdens de Tweede Wereldoorlog, terwijl het tweede deel in het Nederlands-Indië van na deze oorlog speelt. Rode draad is de liefde van de hoofdfiguur voor een meisje, Lien. Veel elementen uit vroeger werk van Wolkers (de hoofdpersoon is schilder, de tors, de Spin, de autoritaire vader, de communistische buurman etc.) keren in dit boek terug. Enkele toevalligheden en onwaarschijnlijkheden doen afbreuk aan het verhaal. De beschrijvingen van situaties getuigen niet altijd van fijnzinnigheid, maar de ontroering zal het bij de meeste lezers waarschijnlijk bijna altijd winnen van de mogelijke verontwaardiging hierover. De stijl is, als in vele van Wolkers' romans, erg meeslepend (korte, vaak eenvoudige zinnen) en het boek boeit mede hierdoor van begin tot eind.” (Biblion recensie)

 

Ik vind bovenstaande een prima analyse van de roman, waarbij ik alleen moet aantekenen dat bij mij de ‘ontroering’ het niet wint van de ‘verontwaardiging’. Ik zie De Walgvogel als een soort schelmenroman, een aaneenschakeling van sterke verhalen die op bluf toon verteld worden. Het eerste deel speelt zich af in Nederland, en bestaat grotendeels uit herhalingen van verhalen uit eerdere werken van Wolkers, met wat andere accenten. Als de verteller na de oorlog afreist naar Nederlands Indië om als soldaat mee te doen aan de politionele acties (hij heeft zich in eerste instantie aangemeld om te helpen om dat land van de Japanners te bevrijden), ontwikkelt het verhaal zich tot een variant van Kuifje in Afrika. De verteller is een soort superheld, die alles kan:

“Ze vonden trouwens dat ze geen peil op me konden trekken. Iemand die ze na de wandschildering smalend “Rembrandt’ waren gaan noemen maar die even later een wild zwijn met een meesterschot neerlegde”… Aan zelfonderschatting lijdt de verteller bepaald niet. Keer op keer wordt ons verteld hoe geweldig hij wel is. Dat wordt nog extra geaccentueerd door de voortdurende overschakeling tussen de ‘ik’ (goed, alleskunner, heldendaden) en ‘ze’ (de anderen, burgers, soldaten: kinderlijk, slap, onkundig, ranzig…). De verteller is in Indonesië ook de enige die zogenaamd ‘echt’ contact heeft met de bevolking, maar (blijkbaar) niet door heeft dat zijn (vertel-) houding ten opzichte van de ‘inlanders’ ontzettend paternalistisch is. Het superioriteitsgevoel druipt er vanaf.

 

Ik vind deze roman teleurstellend, ondanks de soepele en beeldende vertelstijl. In de volgende passage wordt bijvoorbeeld het vertrek van de Nederlandse vrijwilligers naar Nederlands Indië prachtig beeldend beschreven:

“Met het muziekkorps van de luchtmacht voorop marcheerden we ’s ochtends vroeg van de kazerne naar het station. Half Nijmegen was er voor uitgelopen en langs de route hadden ze vlaggen uitgestoken. De mensen stonden te zwaaien alsof we als bevrijders de stad binnenrukten en steeds werden er bossen bloemen de bataljons in gegooid. Dan viel er even een steek in het breiwerk van de kolonne. Totdat er één de bloemen bemachtigd had en er triomfantelijk mee boven de troep uit zwaaide. Dan herstelde het patroon zich weer en ging het geordend verder op de maat van de marsmuziek die in de koele vroege ochtendlucht ijl boven de huizen uit schetterde.” (p.237)

 

De Walgvogel bestaat uit heel veel korte hoofdstukjes die allemaal een titel hebben. De roman opent met een vooruitwijzing naar het Indische avontuur vanuit de depressieve grauwheid van de Hollandse (voor-)oorlogssituatie:

“Die vervelende rotwinkel van ons in koloniale waren. Alsof ik weer bedolven word onder de luchtige staven agar agar, de kroepoek oedang en de naar verrottenis stinkende trasi. (…) En ineens schuift voor alles, uit de spookachtige grauwheid van de depressie uit de dertiger jaren, het verkiezingsaffiche van de antirevolutionaire partij dat op de winkelruit is geplakt.” (p.9)

Het is “die vervloekte sfeer van Colijn met de vernedering en armoede van de dertiger jaren, de restanten van die verdomde rotwinkel in koloniale waren” (p.160) die de verteller ten koste van alles wil ontvluchten en die hem tot zijn avonturen brengt: “We bemoeiden ons trouwens niet met politiek, we deden maar wat.” (p.56)

 

Het in de roman verweven liefdesverhaal tussen de verteller en het meisje Lien (die in Indië optreedt als vrouw van zijn commandant) komt op mij over als een wat al te opzichtige en niet al te overtuigende poging om het verhaal eenheid en structuur te geven. In zijn totaliteit heeft De Walgvogel mij dit keer niet kunnen bekoren, ondanks het feit dat ik ook hierin de zeer eigen stijl van Wolkers kan herkennen en waarderen. In mijn herinnering – ik las deze roman pakweg dertig jaar geleden al eens - was het beter. Mijn gewijzigde waardering kan zowel te maken hebben met mijn eigen veroudering als die van de roman, als typisch product van de jaren zeventig…

 

 

 

 

 

Wandelblogs

 

 

Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject.

Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’.

Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen".

Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik  met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". 

Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... 

Sorry daarvoor.

   


 

 

boekenkat

 

Mijn boekenka(s)t(t)en

 

 

 

 

 

 

 

 

 Extra's

 

Rome revisited

Een reisverslag

 


  

Zes dagen Dublin

Een reisverslag

 


  

Weerzien in Petersburg

Een reisverslag

 


  

Omweg naar Moskou 

Rusland

Een reisverslag

 


 

Rondreis door Ierland


Een reisverslag

 


 

Zeven dagen in Rome

 

Een reisverslag

 

 

 

 

Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login