282,060 visitors
323,555 page views
1.15 page views / visitor

 

Cicero

You are here:   Home > Boekbesprekingen > De donkere kamer van Damokles

De donkere kamer van Damokles

 

W F Hermans - De donkere kamer van Damokles


“Hoofdpersoon Osewoudt krijgt op de dag dat Nederland capituleert voor Nazi-Duitsland, bezoek van een Nederlandse officier in zijn sigarenwinkel. Deze Dorbeck, die sprekend op hem lijkt en met wie hij meteen een onverklaarbare verbintenis voelt, geeft Osewoudt vanaf dat moment steeds opdrachten, die hem een prominente rol in de verzetswereld bezorgen. Als Osewoudt in 1945 ontsnapt uit Duits gevangenschap en vlucht naar de bevrijde gebieden, wordt hij daar opgepakt, en blijkt dat hij juist van meervoudig landverraad wordt beschuldigd. Nergens zijn aanwijzingen te vinden voor het bestaan van de persoon Dorbeck, en Osewoudt raakt verstrikt in zijn eigen belevingswereld. Door zijn tragische jeugd, gebrek aan moraal en vreemde, onmannelijke lichamelijke trekken lijkt hij de personificatie van de kerngedachte van het boek: de niet te vinden werkelijkheid, in een chaotische en a-morele wereld. Een volstrekt origineel, onvoorspelbaar en bevreemdend boek.”  (Biblion recensie)

Na vele jaren herlas ik  De donkere kamer van Damokles. De reden doet hier niet ter zake, maar wat mij opviel  was dat mijn reacties op dit boek in grote lijnen overeen kwamen met de eerste keer dat ik het las:

Eerst de euforie van het lezen van een goed en levendig verhaal, dat nog eens benadrukt wordt door de typografie van de tekst op het verkeersbord dat de hoofdpersoon vele malen passeert: INHALEN VERBODEN, consequent in hoofdletters gedrukt, iedere keer dat deze tekst wordt aangehaald. Het is een eyecatcher, en het werkt (bij mij) met name zo sterk omdat deze tekst eigenlijk  totaal nutteloze informatie benadrukt. Nutteloos voor het verhaal dan, wel te verstaan. Want functieloos is deze ‘truc’ absoluut niet. Op de een of andere manier wordt de tekst hiermee opgeschaald naar beeld. Ik zie het verkeersbord voor me, en de versmalling in de weg waardoor de tramrails gedwongen worden zich te vernauwen tot een enkel spoor. En het effect van de truc werkt op wonderbaarlijke wijze door op de beschrijving van de rest van de omgeving, waardoor ik ook het belletje hoor bij het openen van de deur van de sigarenwinkel… Les 1: Hermans kan zeer beeldend schrijven.

Hieraan gerelateerd is het opvallend dat de hoofdstukken de functie vervullen van (film-)scenes. Ieder hoofdstuk  staat min of meer op zichzelf, biedt een min of meer afgerond beeld. Het volgende hoofdstuk (scene) kan zich op een totaal andere plaats of tijd afspelen. Van de lezer wordt verwacht dat hij zich opnieuw instelt op de situatie. Terug bladeren om te zien waar je ook al weer gebleven was helpt in dit geval weinig, omdat  het nieuwe hoofdstuk niet ‘lineair’ aansluit op het volgende.

Ook de tijdsaanduidingen zijn niet expliciet. De eerste hoofdstukken spelen zich af vóór de oorlog, vervolgens wordt er overgeschakeld naar het begin van de oorlog en de Duitse bezetting (1940). Daarna valt er een gat, en gaat het verhaal verder vanaf 1944 tot een aantal maanden na de bevrijding (1945).

Gezien de ‘filmische’ opzet van het boek - de ‘beeldende’ taal  en de opdeling in losse ‘scenes’ – is het niet zo vreemd dat het ook verfilmd is: Als twee druppels water van Fons Rademakers (1963).  Maar hoewel de film gedraaid is in stemmig zwart-wit, ga je juist door de film het boek nog meer waarderen, met zijn talloze korte en schijnbaar nutteloze scenes en dialogen die in de film voor een groot deel zijn opgeofferd aan het grote verhaal.  Die versimpeling  betekent in dit geval een ernstige verarming. Het verhaal wordt er ‘platter’ door… Als je na het zien van de film het boek weer ter hand neemt valt je des te meer de rijkdom van alle beschreven details op, een rijkdom die je (ik tenminste) in eerste instantie als enigszins vermoeiend en deels overbodig ervaarde…

Stilistisch lijkt het taalgebruik van Hermans soms wat onbeholpen:

“Eind augustus las hij in de krant dat er een vliegtuig brandend neergeschoten was boven Amsterdam.”  (p.40)

“De trein stopte in Barneveld-Dorp en er kwamen twee vrouwen bij hen zitten; toen waren alle plaatsen bezet.” (p.135)

Maar wellicht is dit wel juist de kracht van Hermans dat hij, zonder zich te bekommeren om zijn schrijfstijl, toch een aantal existentiële vragen aan de orde weet te stellen:

“Alles komt erop neer dat de mens sterfelijk is en dat hij dat niet weten wil.  Maar voor wie weet dat hij eenmaal sterven moet, kan er geen absolute moraal bestaan, voor hem zijn goedheid en barmhartigheid niets dan vermommingen van de angst. Waarom zal ik mij moreel gedragen, als ik toch in elk geval de doodstraf krijg? Iedereen krijgt eenmaal de doodstraf en iedereen weet het. (…) Maar ik zeg: in een wereld waar iedereen de doodstraf krijgt, daar kan er geen verschil tussen onschuld en schuld bestaan.” (p.293)

Dit brengt mij op een derde aspect dat mij opviel in het boek, namelijk dat het werk in twee delen uiteenvalt: het eerste deel vertelt een verhaal (vanuit het gezichtspunt van de hoofdpersoon), waarna in het tweede deel de betrouwbaarheid van deze beschreven werkelijkheid ter discussie wordt gesteld. In zijn eigen ogen zijn de daden van Osewoudt in de oorlog (helden-)daden van verzet tegen de bezetters, na de oorlog wordt hij op basis van diezelfde daden opgepakt wegens landverraad, waarvoor hij zich dient te verantwoorden.

“- Alles wat ik gedaan heb, glipt door mijn vingers! De mensen met wie ik in de oorlog samengewerkt heb zijn allemaal dood of verdwenen en zelfs de straten waar ik heb gelopen, bestaan niet meer. Hoe is dat mogelijk? Het is of ik in een andere wereld leef, waar niemand mij geloven kan. Wat moet ik eraan doen? Hoe kan ik mij in godsnaam rechtvaardigen op die manier?” (p.280)

Tot het eind toe blijft ongewis welke van de twee visies op waarheid berust. Daarmee stelt Hermans tegelijkertijd (en op een hoger plan) de kenbaarheid van de wereld ter discussie. Het onderscheid tussen goed en kwaad is daarmee ook opgeheven, want onkenbaar. Dat zijn behoorlijk fundamentele zaken die de schrijver daarmee aankaart, en niet alleen voor de beschreven situatie (wie was er ‘goed’ of ‘fout’ in de oorlog?)…

Ook de kwestie van de identiteit wordt ter discussie gesteld. Wie zijn wij eigenlijk, waaraan ontlenen we onze (eigen)waarde of identiteit?

“Maar ik weet niet wat ik fotograferen moet en niemand zegt mij meer wie ik dood moet schieten. Alles gaat vanzelf, alles is al gebeurd. Alles wat ik onderneem blijft zonder gevolgen. Vier jaar heeft Dorbeck niets van zich laten horen en ook nu blijft hij onzichtbaar.” (p.44)

“… zonder Dorbeck ben ik niets, zonder dat hij de redenen en de verklaring van mijn gedrag geeft, kan alles wat ik in het verzet gedaan heb verwrongen en verdraaid worden tot misdaad en verraad.” (p.313)

“Ik zal zeggen dat je zelf heilig in het bestaan van Dorbeck geloofd hebt. Dorbeck is niets anders geweest dan de personificatie van bepaalde strevingen in je eigen ziel. Ik zal zeggen dat het pleit voor je ethisch inzicht, dat je de verantwoording voor die misdadige strevingen niet zelf hebt willen dragen, maar dat je ze als het ware buiten jezelf geplaatst hebt en er Dorbeck mee belast.

- U wil mij dus ontoerekenbaar verklaren?

- Niet ik ben het die je ontoerekenbaar verklaart! Jij zelf geeft Dorbeck de schuld van alles. Jij beweert dat Dorbeck alles weet. Niet ik heb dat beweerd, niet de justitie, maar jij. Als Dorbeck verantwoordelijk is, dan is de logische conclusie dat jij niet verantwoordelijk bent.” (p.318)

Al dit soort vragen verbinden Hermans in de late vijftiger jaren met stromingen als het nihilisme en existentialisme. Voor mij geldt De donkere kamer van Damokles als één van de onbetwiste hoogtepunten van de Nederlandse literatuur!

 


 

Naschrift

Voor een uitgebreide analyse van het boek verwijs ik naar de studie van Frans A. Janssen, Over de donkere kamer van Damokles, die integraal is gepubliceerd op de officiële WF Hermans website:

http://www.willemfrederikhermans.nl/tekst/jans037over01_01/index.htm

Hierin staat onder meer een bondige opsomming van de verschillende niveaus waarop De donkere kamer van Damokles te lezen is:

“De eerste laag is die van het verhaal. De donkere kamer kan men allereerst als een verhaal lezen, als men wil als een avonturenroman, een oorlogsroman of een detectiveroman. Het boek is dan het verhaal van een man die door een sterk op hem lijkend persoon in allerlei verzetsactiviteiten betrokken wordt, maar die na de oorlog, als zijn opdrachtgever onvindbaar blijkt, zijn goede trouw niet meer kan bewijzen. Een spannend verhaal is deze roman ook, maar niet alleen en niet in de eerste plaats.

Het tweede niveau ligt op psychologisch terrein. De roman is hier het verhaal van een aan minderwaardigheidsgevoelens lijdende man die van een persoon in wie hij zijn verdrongen superego ziet opdrachten tot illegale activiteiten krijgt waardoor hij zich een identiteit verschaft meent te hebben, maar die wanneer deze dubbelganger verdwijnt ten onder gaat. Een roman met psychologische motieven is De donkere kamer ook, maar niet alleen en niet in de eerste plaats.

Het derde niveau is de thematische laag. De roman wordt hier uiteindelijk als symbolische, filosofische of ideeënroman beschouwd. Het boek is dan het verhaal dat de onkenbaarheid van de mens en zijn wereld demonstreert.”

Ook de titel van de roman wordt door Janssen verklaart, eerst in het kader van het ‘verhaal’, maar vervolgens ook aan de hand van het wereldbeeld van de schrijver dat uit zijn roman naar voren komt:

“Damokles' leven werd bedreigd door een zwaard dat aan een paardenhaar boven zijn hoofd hing. Osewoudts bestaan hangt af van een donkere kamer waar een foto de waarheid aan het licht moet brengen. ‘Nergens ter wereld komt zoveel aan het licht als in een donkere kamer!’ zegt Labare tegen hem (p.100) - de donkere kamer waar Osewoudt het Leica-filmpje met de opname van Dorbeck en hemzelf ontwikkelt, brengt echter niet de objectieve waarheid van een foto aan het licht, maar betekent zijn ondergang: het zwaard valt. Het hele boek door verkeert Osewoudt veel in donkere kamers en in kamers in het algemeen. Zij tekenen de geslotenheid van zijn wereld; hij zit opgesloten in de donkere kamer van zijn persoonlijkheid. Ook de wereld, ondoorzichtig, onduidelijk en onkenbaar, is een donkere kamer; zij betekent juist door haar onkenbaarheid een voortdurende dreiging: zij kan de weerloze mens plotseling tot slachtoffer maken.”

 

 

 

 

 

Wandelblogs

 

 

Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject.

Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’.

Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen".

Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik  met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". 

Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... 

Sorry daarvoor.

   


 

 

boekenkat

 

Mijn boekenka(s)t(t)en

 

 

 

 

 

 

 

 

 Extra's

 

Rome revisited

Een reisverslag

 


  

Zes dagen Dublin

Een reisverslag

 


  

Weerzien in Petersburg

Een reisverslag

 


  

Omweg naar Moskou 

Rusland

Een reisverslag

 


 

Rondreis door Ierland


Een reisverslag

 


 

Zeven dagen in Rome

 

Een reisverslag

 

 

 

 

Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login