282,061 visitors
323,562 page views
1.15 page views / visitor

 

Cicero

You are here:   Home > Boekbesprekingen > Doctor Faustus

Doctor Faustus

 

Thomas Mann - Doctor Faustus

 

'Een boek van adembenemende allure' noemde Vestdijk de grote cultuurhistorische roman 'Doctor Faustus', Thomas Manns moderne invulling van het 16e-eeuwse Faustmotief. Het boek heeft de vorm van een biografie. Tussen 1943 en 1945 schrijft Dr. Serenus Zeitblom de levensgeschiedenis van zijn overleden vriend, de geniale componist Adrian Leverkühn. Uit angst voor creatieve steriliteit gaat deze een pact met de duivel aan: hij laat zich min of meer bewust besmetten met syfilis om perioden van krachtige inspiratie, onderdeel van het ziektebeeld, deelachtig te worden. In een pathologisch te interpreteren visioen, één van de meest huiveringwekkende hoofdstukken van het boek, ontmoet hij de zowel uiterlijk als psychologisch zeer lenige duivel ook in persoon. Door de compositie op twee tijdsniveaus, de verteltijd en de vertelde tijd, wordt Leverkühns levenslot verbonden met de (voor Zeitblom) actuele geschiedenis van Duitsland. Mann maakt het de lezer niet gemakkelijk met zijn vele erudiete musicologische en filosofische uitweidingen. Een groots, rijk, complex en virtuoos boek, dat op de ontvankelijke lezer een diepe indruk achterlaat. Verzorgde heruitgave, nu met een nawoord van Connie Palmen. Kleine druk, leeslint. (Biblion recensie)

Uit bovenstaande beschrijving heb ik doelbewust niet de opmerkingen over deze (Perpetua-) uitgave weggelaten. Het nawoord van Connie Palmen plaatst de roman in een bredere context en levert daarmee een bijdrage tot het beter begrijpen en waarderen van de tekst. En dat is hoogst noodzakelijk, want deze roman is niet alleen moeilijk (op het ‘ontoegankelijke’ af) maar daarbij ook niet altijd even boeiend, om niet te zeggen slaapverwekkend.

“Dit is geen roman, bij de compositie waarvan de auteur de harten van zijn personages indirect, door een toneelmatige schildering voor de lezer ontsluit. Als biografische verteller ben ik ten enenmale bevoegd de dingen rechtstreeks bij hun naam te noemen en eenvoudigweg psychische feiten te constateren die op de door mij te beschrijven levenshandeling van invloed zijn geweest.” (p.358)

De verteller heeft dus weinig consideratie met de lezer, die uit allerlei losse elementen, vooruitwijzingen, kortstondig optredende personages die later in het verhaal vaak weer opnieuw voor korte tijd hun opwachting maken terwijl de lezer  deze dan niet meer ‘herkent’ omdat ze nauwelijks beschreven werden in het voorafgaande, waardoor zij ook onmogelijk ‘tot leven’ konden komen. Dat alles maakt het lezen van de roman tot een vermoeiende bezigheid. Ook de “vele erudiete musicologische en filosofische uitweidingen” zijn niet bepaald bevorderlijk voor de vaart in het ‘verhaal’. Ik geef hier één voorbeeld, in de overtuiging dat vele lezers net als ik geen enkel ‘beeld’ krijgen bij de hier beschreven muziek:

“Er is iets bijzonders met het stuk aan de hand: in drie delen geschreven, heeft het geen voortekening, maar bevat, als ik mij zo mag uitdrukken, drie ingebouwde tonaliteiten, Bes groot, C groot en D groot, - waarbij, zoals de musicus ziet, het D groot een soort dominant van de tweede graad en het Bes groot een subdominant vormt, terwijl het C groot er precies het midden tussen houdt. Tussen deze toonsoorten nu speelt het werk zich zeer kunstig af, zodat ze vrijwel nooit duidelijk van kracht zijn, maar alleen door proporties tussen de klanken worden aangeduid. Door uitgestrekte complexen gaande worden ze alle drie over elkaar geschoven, totdat uiteindelijk, maar dan wel op een triomfante, ieder concertpubliek elektriserende manier, het C majeur openlijk voor zichzelf uitkomt.” Etcetera… (p.494)

Dat klinkt allemaal heel hoogdravend, maar is voor ons, gewone stervelingen, natuurlijk volstrekt onbegrijpelijk. En van dit soort uitweidingen staan er talloze in deze roman.

Toch wordt dit boek in de recensie omschreven als “een groots, rijk, complex en virtuoos boek, dat op de ontvankelijke lezer een diepe indruk achterlaat.” En niet geheel ten onrechte. Maar daar moet je als lezer wel moeite voor doen. De waarde ligt  (volgens mij althans) vooral in de over elkaar heen schuivende werkelijkheden en tijdsbeelden. Gewezen werd reeds op de compositie op twee tijdsniveaus, de verteltijd en de vertelde tijd, waardoor Leverkühns levenslot verbonden wordt met de (voor Zeitblom, de verteller) actuele geschiedenis van Duitsland. Thomas Mann gaat nog een stapje verder, door ook de lezer erbij te betrekken:

“Ik weet niet waarom deze dubbele chronologie mij zo boeit en waarom ik mij gedwongen voel de lezer erop attent te maken: de persoonlijke en de zakelijke, de tijd waarin de verteller zich voortbeweegt en die waarin het vertelde zich afspeelt. Dit is een zeer eigenaardige vervlechting van tijdsgewrichten, overigens ertoe voorbestemd zich met nog een derde te verbinden: de tijd namelijk die de lezer er op een dag voor zal uittrekken om de medegedeelde stof welwillend in zich op te nemen, zodat de lezer dus met een drievoudige tijdsorde te maken heeft: die van hemzelf, die van de kroniekschrijver en de historische.” (p.305)

In haar nawoord bij deze uitgave komt Connie Palmen met een aanvullende, en uiterst belangrijke, tijds- en betekeningslaag, die van de schrijver:

“Mann heeft de twee zielen die in zijn borst wonen Zeitblom en Leverkühn gedoopt. Zeitblom is de brave, bedachtzame, burgerlijke geleerde, Leverkühn de ambitieuze kunstenaar die zijn ziel aan de duivel verkoopt om meesterwerken te kunnen componeren. Zeitblom is de Thomas Mann zoals de buitenwereld hem mag kennen, de stramme, gedisciplineerde, beheerste intellectuele schrijver. Leverkühn is het portret van wat achter de zichtbare man schuilgaat, het is het portret van zijn demonische ziel. De twee hoofdpersonen van zijn roman vertegenwoordigen de eeuwige spanning waarvan Mann in zijn romans en dagboeken getuigt, die tussen het leven en het werk, tussen de burger, echtgenoot en vader, en de kunstenaar. Doktor Faustus legt op nietsontziende wijze het oerthema van Manns wezen en oeuvre bloot (…): ‘het moreel dubieuze karakter van de artistieke mens’. (p.623)

“In zijn roman analyseert hij de duistere verwantschap tussen hemzelf en het land dat hij als persoon en als schrijver vertegenwoordigt.” (p.624)

Het Naschrift bij de roman begint  met de dubbelzinnig te interpreteren opmerking:

“Het is gebeurd. Een oude man, gebogen, bijna gebroken door de verschrikkingen van de tijd waarin hij schreef, en van die welke het onderwerp van zijn schrijven vormden, kijkt met weifelende voldoening naar de hoge stapel bezield papier die het werk van zijn vlijt is, het product van deze zowel aan herinneringen als aan actuele gebeurtenissen overvolle jaren. Een taak is voltooid waarvoor ik van nature niet de geschikte man, waarvoor ik niet in de wieg gelegd, maar door liefde, trouw en getuige-zijn geroepen was. Wat deze tot stand vermogen te brengen, wat toewijding vermag, dat is tot stand gebracht – en daar moet ik het bij laten. “ (p.609)

Is hier de verteller of de schrijver aan het woord? Nu – achteraf – moeten we constateren dat hier waarschijnlijk (ook) de auteur aan het einde van zijn lange schrijversloopbaan terugkijkt op zijn werk, dat weliswaar veel heeft opgeleverd, maar tegen hoge kosten…

Hier laat ik het bij. Zoals eerder gezegd is  Doktor Faustus een ‘moeilijk’ boek, dat veel inspanning van de lezer vraagt, ook buiten de feitelijke tekst om, wil hij het kunnen waarderen. Maar daar is op zich natuurlijk niets mis mee…

 

 

 

 

 

Wandelblogs

 

 

Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject.

Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’.

Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen".

Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik  met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". 

Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... 

Sorry daarvoor.

   


 

 

boekenkat

 

Mijn boekenka(s)t(t)en

 

 

 

 

 

 

 

 

 Extra's

 

Rome revisited

Een reisverslag

 


  

Zes dagen Dublin

Een reisverslag

 


  

Weerzien in Petersburg

Een reisverslag

 


  

Omweg naar Moskou 

Rusland

Een reisverslag

 


 

Rondreis door Ierland


Een reisverslag

 


 

Zeven dagen in Rome

 

Een reisverslag

 

 

 

 

Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login