EMPTY HEADING 1
“Lebohang Kganye verkent de persoonlijke en gezamenlijke ‘microgeschiedenissen’ van haar familie. Ze onderzoekt dit in de context van de bredere traumatische geschiedenis van Zuid-Afrika van voor, tijdens en in de nasleep van apartheid en kolonialisme. De tentoonstelling benadrukt haar complexe visuele vocabulaire en de diversiteit van media zoals fotografische montages, ruimtelijke installaties/decorontwerp, filmanimaties en patchwork.” (tekst ‘Foam’)
In Huis Marseille Amsterdam: Samuel Fosso – African spirits.

“Het werk van Samuel Fosso heeft een onmiskenbare en krachtige politieke dimensie. De series weerspiegelen een geschiedenis die gekenmerkt wordt door postkolonialisme en globalisering, en vertellen een verhaal over de relaties die het Afrikaanse continent sinds het midden van de 20e eeuw onderhoudt met het Oosten en het Westen – relaties gekenmerkt door invloed en overheersing, maar ook door wederzijdse afhankelijkheid en verzet. Het werk van de kunstenaar is daarnaast onlosmakelijk verbonden met de context waarin hij opgroeide, in Centraal-Afrika na de onafhankelijkheid. Fosso’s oeuvre kan worden gezien als een metafoor voor de herhaalde ballingschappen die hij zijn hele leven te verduren zou krijgen, in Kameroen, Nigeria, de Centraal-Afrikaanse Republiek en Frankrijk.” (tekst ‘Huis Marseille’)
Ook de getoonde werken in deze exposities van Afrikaanse origine wijken nogal af van de vertrouwde Europese ‘blik’. Ik vind ze fascinerend. Waarom heb ik dan zoveel moeite met Afrikaanse literatuur? Wellicht omdat het geschreven woord nogal dwingend en rechtlijnig is. Ik ben verplicht om het tempo en de richting van de schrijver te volgen. In de beeldende, visuele kunst (met name fotografie en schilderkunst) kan ik mijn eigen tempo en aandacht bepalen, en daarmee veel selectiever te werk gaan.
Wat de roman De diepst verborgen herinnering van de mens betreft, daarin geeft de auteur zelf - in de Epiloog – een mooie samenvatting van mijn ervaring:
“Ik was ervan overtuigd dat ik het meesterwerk in handen had waar ik naar op zoek was. Maar na een paar bladzijden wordt alles anders: het boek ontspoort en weet niet meer op de rails te komen. (…) En ja, soms las ik te midden van de oeverloze alinea’s een paar bladzijden, een paar zinnen waarbij ik een beeld zag, een tafereel, waarbij ik muziek hoorde; (…) Maar het schijnsel van die flitsen maakte, voordat ze doofden, nog genadelozer duidelijk hoe diep het literaire duister daaromheen was.”
...