CiceroYou are here: Home > Boekbesprekingen > Herinneringen 5 Herinneringen 5
Konstantin Paustovskij – De sprong naar het Zuiden
“De zesdelige autobiografie van Konstantin Paustovskij geldt als de meest complete kroniek van het leven in Rusland in de twintigste eeuw. Paustovskij heeft het voorrevolutionaire tijdperk op even boeiende wijze verbeeld als de periodes van eerste wereldoorlog, revolutie en burgeroorlog. In De sprong naar het Zuiden wordt het verhaal over de Sovjet-Russische opbouwtijd voortgezet, maar wat domineert is de schildering van de mens in het landschap. In zijn lyrische natuurbeschrijvingen is Paustovskij van een ongeëvenaarde subtiliteit. De dramatische episodes zijn talrijk genoeg - berenjachten, het beslechten van vetes, een duizelingwekkende tocht naar de Ararat - maar het lijkt wel of Paustovskij zich in De sprong naar het Zuiden bij voorkeur uitlevert aan toevallige gebeurtenissen en omstandigheden. Natuurlijk zijn er ook weer de schrijvers, de schilders, de journalisten en de despootjes uit de streken rond Batoem en Tiflis, die de verworvenheden van de revolutie op soms bizarre wijze nuanceren om er zelf een nieuwe macht aan te ontlenen.” (uitgeverstekst) Paustovskij schrijft ‘informeel’ en schijnbaar ‘voor de vuist weg’. Dat geeft zijn werk een wat ‘fragmentarisch’ karakter, waaraan af en toe een eenheid of ‘richting’ lijkt te ontbreken. Zelf verweert de schrijver zich tegen zo’n mogelijk verwijt: “Kenners van de literatuur, diegenen die geen boeken schrijven, beweren dat een vertelling behoefte heeft aan een ijzeren logica. Degenen die boeken schrijven, kunnen deze wet alleen maar voor lief nemen en proberen zich eraan te houden.” (p.12) Om vervolgens weer een heel deeltje lang gezellig van de hak op de tak te springen in zijn karakteristieke stijl, die vaak tegelijkertijd zowel informeel als poëtisch is: “In de magoene kreeg ik de kriebels in mijn keel van het tabaksstof. Malachietgroene golven gluurden kalmpjes overboord. De Abchasische sjouwers met hun roofvogelgezichten schreeuwden woest door elkaar heen, een stoffige zak om hun hoofd geknoopt. Ik dacht even dat ze van plan waren mij in zee te gooien. Maar de havenopzichter schreeuwde hun iets toe in het Abchasisch. Ze kalmeerden onmiddellijk en boden mij zelfs ‘Samsoen’-tabak aan. Ik zat even naar adem te happen. De zon begon voor mijn ogen te tollen. De Abchasiërs schudden medelijdend hun hoofd en grepen met tegenzin de zware roeispanen beet. Wiegelend gleed de magoene op de geheimzinnige oever af.” (p.17) Of: “Als de lezer denkt dat ik mijn medereizigers zo uitvoerig beschrijf omdat zij de helden van de nu volgende gebeurtenissen zullen zijn, dan heeft hij het bij het verkeerde eind. Niet een van hen zal een heldenrol gaan spelen. Ik doe dit alleen maar zo uitgebreid omdat Babel hen een paar keer zo goed nadeed. Ik heb me tranen gelachen. Daarom herinner ik me deze medereizigers ook nog zo goed. Zo reden we kalm verder en genoten van de warmte en de moerbeibomen met hun rijpe vruchten. De weg lag ermee bezaaid.” (p.40) En als laatste voorbeeld: “Hoe moet je een stilte zo weergeven dat je al van ver het geschuifel van schapenhoeven hoort en het gerikketik van zaadjes van sinds lang verdorde bloemen, als kinderrammelaars in hun hulzen?” (p.230) Zo dus… ongeveer.
Wandelblogs
Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject. Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’. Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen". Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... Sorry daarvoor.
Mijn boekenka(s)t(t)en
Extra's
Rome revisited
Zes dagen Dublin
Weerzien in Petersburg
Omweg naar Moskou
Rondreis door Ierland
Zeven dagen in Rome
|
Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login