CiceroYou are here: Home > Boekbesprekingen > Het grauwe huis Het grauwe huis
Charles Dickens - Het grauwe huis (Bleak House)
“Londen. (…) Rook, die uit de schoorsteenpotten neerzakt en een zachte zwarte motregen doet ontstaan, met roetvlokken erin zo groot als flinke sneeuwvlokken – in de rouw gegaan, zou men kunnen denken, om het sterven van de zon. (…) Voetgangers, die elkaars paraplu’s opzij stoten, in een algemene infectie van slecht humeur, en die struikelen bij de hoeken van de straten, waar tienduizenden andere voetgangers uitgegleden zijn sinds de dag aanbrak (zo deze dag ooit aanbrak), en die nieuwe modder toevoegen aan de vele lagen daarvan, welke op die punten hardnekkig aan het plaveisel vastkleven, en die zij met samengestelde interest vermeerderen. Mist overal. Mist op de rivier, waar hij drijft tussen groene eilandjes en weilanden; mist lager op de rivier, waar hij verontreinigd voortrolt tussen de rijen schepen en smerigheden van een grote (en vuile) stad. Mist over de moerassen van Essex, mist over de heuvels van Kent. Mist, die in de kombuizen van kolenbrikken kruipt; mist, die op de ras ligt uitgespreid en rondhangt tussen het tuig van grote schepen; mist, die neerhangt op het dolboord van lichters en bootjes. Mist in de ogen en kelen van stokoude gepensioneerden van Greenwich Hospital, die daar zitten te hijgen bij de haard op hun zalen; mist in het roer en de kop van het middagpijpje van de woedende schipper, die onder in zijn benauwde kajuit zit; mist, welke op wrede wijze de tenen en vingers prikt van de huiverende kleine leerjongen op het dek. Mensen die zomaar eens op de brug staan en die over de leuningen gluren naar het lager hangend wolkendek van mist, met mist rondom hen heen, als waren zij in een ballon opgestegen en hingen zij in mistige wolken. (…) De gure middag is het guurst, en de dichte mist is het dichtst, en de vuile straten zijn het vuilst, in de buurt van die met lood gedekte sta-in-de-weg, het zo geëigend ornament voor de drempel van een stompzinnige oude instelling: Temple Bar. En vlakbij Temple Bar, in Lincolns Inn Hall, in het hartje van de mist, zit de President in zijn Hooggerechtshof voor civiele zaken. Er kan nooit een mist komen zo dicht, modder en slijk zo dik, dat zij kunnen halen bij dit in het duister zijn weg zoekende en voortsukkelende Hooggerechtshof voor civiele zaken, dit verderfelijkste van al wat in zonden vergrijsd is, tot op deze dag, zowel daarboven als hier beneden.” Zo begint Het Grauwe Huis (1852-53) van Charles Dickens, in een ‘gedateerde’ vertaling uit de vijftiger jaren die nodig eens zou moeten worden opgefrist… Niet ten onrechte hebben scherpzinnige critici Bleak House aangewezen als de beste roman van Dickens. In andere boeken mogen humor en fantasie vrijer hun loop nemen, Bleak House wint het door eenheid van opbouw, door een dwingende kracht die alle gebeurtenissen bezielt en betekenis geeft. De opbouw van het boek is cirkelvormig, van een centraal punt uit gaan concentrische golven die alle figuren en gebeurtenissen binnen de fatale kring trekken. Dit middelpunt is het Hooggerechtshof, met inbegrip van onrecht en doelloze woordenpraal ten koste van hen die er hun recht komen zoeken. Dit instituut, met zijn eindeloze verhoren, verklaringen, terugverwijzingen voor nader onderzoek, is een goudmijn voor rechters en advocaten. Wie verwikkeld raakt in een proces bij het Hooggerechtshof is verder voor zijn leven ongelukkig. (uitgeverstekst) “In deze panoramisch vertelde en filmisch geschreven zedenroman keert Dickens zich op een tragikomische manier tegen de armoede, de onbeweeglijkheid en de hypocrisie van de Britse klassenmaatschappij. Zijn hoofdpersoon Esther Summerson, die de helft van het verhaal in de ik-vorm vertelt, is een vertrouwd Dickens-personage: een wees (tenminste, dat denkt ze) die het geheim van haar afkomst ontdekt en uiteindelijk het geluk vindt. Maar ondanks het gelukkige einde is het vuistdikke Bleak House allesbehalve een ‘feelgood novel’. In de door de alwetende en moralistische verteller geschreven hoofdstukken toont Dickens zich een Kafka avant la lettre: de rechtzaak ‘Jarndyce and Jarndyce’, waarmee bijna iedereen in het boek te maken heeft, is zo gecompliceerd ‘dat geen levend mens hem begrijpt’ en heeft al heel wat rechtzoekende individuen gefrustreerd en vermorzeld. Bederf beheerst de rechtbank – zoals de mist Londen – en strekt zich uit tot alle lagen van de samenleving; diverse personages, ook sympathieke, komen op een afschuwelijke manier aan hun eind. Bleak House is ook een van de eerste detectiveromans; niet zozeer omdat de plot draait om een aantal met elkaar samenhangende raadsels, maar vooral door het optreden van de archetypische inspecteur Buckett (…)” Aldus het onvolprezen Lezen Etcetera van Pieter Steinz. Volgens de MEW (Moderne Encyclopedie de Wereldliteratuur) is Bleak House “.. Dickens’ best geconstrueerde roman; de incidenten zijn niet meer toevallig en onsamenhangend, zij passen allen cyclisch in elkaar. Als in Shakespeare’s drama’s zijn de verschillende intriges subtiel met elkaar verweven.” Over Dickens’ werk wordt nogal tegenstrijdig geoordeeld. Aan de ene kant wordt hij gewaardeerd om zijn realisme, zijn humor, zijn schrijfstijl, de schepping van unieke romanpersonages en zijn roep om sociale hervormingen. Dat is nogal wat! Aan de andere kant echter wordt hij verguisd vanwege het melodramatische, de sentimentaliteit en de ‘ongeloofwaardigheid’ van zijn verhalen. Het is aan iedere lezer afzonderlijk om te bepalen naar welke kant de balans wat hem of haar betreft doorslaat. Voor mijzelf ben ik hier nog niet helemaal uit…
Wandelblogs
Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject. Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’. Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen". Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... Sorry daarvoor.
Mijn boekenka(s)t(t)en
Extra's
Rome revisited
Zes dagen Dublin
Weerzien in Petersburg
Omweg naar Moskou
Rondreis door Ierland
Zeven dagen in Rome
|
Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login