Cicero

The wealth of nations

The wealth of nations – Adam Smith / P.J. O’Rourke

"Toen The Wealth of Nations van Adam Smith in 1776 voor het eerst werd gepubliceerd was het onmiddellijk duidelijk dat het een werk betrof dat essentieel was om de werking van de economie te doorgronden. Maar het was ook erg dik: ruim 900 pagina's in twee delen. En, zoals de briljante politieke commentator P.J. O'Rourke onderstreept, is het meesterwerk alleen te begrijpen als je Adam Smith' eerdere boek The Theory of Moral Sentiments erbij in ogenschouw neemt. Gelukkig hoeft vandaag de dag niemand deze boeken meer te lezen, want P.J. heeft beide voor ons bestudeerd. Hij doet in dit even diepzinnige als vermakelijke boek hiervan verslag. Het voert ons langs de economische en morele lessen die Adam Smith ons te bieden heeft en legt deze uit op een wijze die iedereen zelfs een hedendaagse intellectueel, kan begrijpen! Kortom, een onmisbaar boek." (Uitgeverstekst)

Hoe ik eraan kom, weet ik niet eens meer, maar deze gecombineerde uiteenzetting en uitleg van Adam Smiths ‘levenswerk’ heb ik al jaren in mijn bezit. En nu was er ineens ook een aanleiding om deze inleiding daadwerkelijk ter hand te nemen. Tijdens het lezen wordt al snel duidelijk dat meneer O’Rourke kiest voor een luchtige en humoristische benadering in zijn bespreking van Smiths theorieën op filosofisch en economisch gebied. Ik heb zo mijn bedenkingen bij de neerbuigende en populistische toon waarop hij de lezer toespreekt, maar besluit mij daar in eerste instantie overheen te zetten. Ook zijn nadrukkelijk aan de dag tredende rechts-conservatieve opvattingen neem ik vooralsnog voor lief. Het gaat mij tenslotte om de inhoud van zijn betoog, en zolang ik de theorieën van Adam Smith helder en duidelijk krijg uitgelegd zullen O’Rourkes persoonlijke ideeën en opvattingen mij een worst zijn.

Helaas wordt steeds duidelijker dat O’Rourkes ‘cheek in tongue’, zijn ironische benadering van het onderwerp, de overhand heeft, en een gedegen inhoudelijke uitleg meer en meer frustreert. Na 60 bladzijden werp ik de handdoek in de ring, en het boek terzijde. Zonde van de tijd en energie.