CiceroYou are here: Home > Boekbesprekingen > Tijdmeters Tijdmeters
David Mitchell - Tijdmeters
Eerder las ik De onverhoorde gebeden van Jacob de Zoet (2010) en Wolkenatlas (2004) van deze Engelse schrijver. Beide werken spraken mij erg aan. De zorgvuldige stijl van schrijven, de belezenheid van de auteur die eruit spreekt, zonder dat die ‘hinderlijk aanwezig’ is, de onconventionele opzet van de romans… Eigenlijk alles in deze beide werken overtuigden mij ervan dat David Mitchell één van mijn favoriete hedendaagse schrijvers was. “Zijn werk kenmerkt zich door een enorme verscheidenheid aan stijlen en vormen waarmee hij vele verhaallijnen door elkaar vlecht.” (Wikipedia) Ook Mitchell’s nieuwe roman, Tijdmeters (2014), kan geschaard worden onder deze typering. Maar wat mij betreft is die formule in dit laatste werk verstard tot een sjabloon, een maniertje waar alle frisheid van het experiment uit verdwenen is. Tijdmeters is wat mij betreft niet meer dan een kloon van Wolkenatlas: het verspringen in de tijd, de schijnbaar losse verhalen die toch een onderling verband blijken te hebben, de post-apocalyptische finale, alles is een herhaling van dit eerdere werk. En wat erger is: al die elementen zijn nu niet meer dan een slap aftreksel van het eerdere werk. Het sprankelijke in de diverse vertelstijlen, het onverwachte van de ‘breuklijnen’ in het verhaal, de eenheid van de compositie (naar analogie van een complex muziekstuk), al die elementen die Wolkenatlas haar overtuigende structuur verleenden, zijn in Tijdmeters verlept tot vervelende maniertjes. Vanaf de eerste bladzijde heeft dit boek mij tegengestaan, en hoezeer ik ook mijn best deed om deze weerstand te negeren is mij dat nooit echt gelukt. Keer op keer heb ik de neiging gehad om het boek definitief terzijde te leggen.
“Op een druilerige zomerdag in 1984 ontmoet de van huis weggelopen tiener Holly Sykes een vreemde vrouw die haar in ruil voor een slok thee om 'asiel' vraagt. Pas jaren later zal Holly erachter komen wat voor asiel de vrouw precies bedoelde. Dat een uitgever een boek aanprijst met dit soort superlatieven is nog te begrijpen. Maar de verontwaardiging in de pers over het uitblijven van de prestigieuze Booker Prize voor The Bone Clocks, zoals de oorspronkelijke titel luidt, vind ik onbegrijpelijk. David Mitchell heeft voor velen inmiddels blijkbaar de status van grootheid waaraan niet meer mag worden getwijfeld. Vergelijkbaar met de Japanner Murakami en de Fransman Houellebecq, moderne coryfeeën waarvan elke nieuw roman eerbiedig en kritiekloos als meesterwerk begroet wordt. Als er al voorzichtig kritiek geleverd wordt, zoals door Ellen de Bruin in haar alleszins lezenswaardige bespreking van Tijdmeters op de weblog NRC Boeken (16-9-2014), dan wordt die daarna weer haastig ingeslikt: “Het is weer een mozaïekroman, net als Cloud Atlas en Mitchells debuut Ghostwritten (1999): beide boeken zijn bundels lange verhalen, met elkaar verbonden door subtiele verwijzingen naar zielsverhuizing en reïncarnatie. The Bone Clocks bestaat uit zes van zulke verhalen, elk vanuit een ander gezichtspunt verteld. In 1984 zien we hoe de 15-jarige Holly Sykes van huis wegloopt, in 1991 hoe corpsbal Hugo Lamb haar probeert te versieren. In 2004 bekijken we Holly door de ogen van haar man Ed Brubeck, oorlogsverslaggever. In 2015 ontmoet auteur Crispin Hershey Holly, in 2025 zoekt haar oude dokter Marinus haar op, en in 2043 zijn we terug in Holly’s hoofd.” “En ja, The Bone Clocks heeft een fantasy-subplot. En dat is niet subtiel. Bij een strijd tussen de goede en de slechte onsterfelijken vindt zoiets als ‘transubstantiatie’ plaats, zielen zoeken asiel, andere zielen worden ‘gedecanteerd’, mensen worden met geesteskracht rondgeslingerd. Dat heeft iets potsierlijks; ik houd er niet bijzonder van, of het moet, als bij Harry Potter, al vanaf bladzij één in het contract met de lezer geschreven staan. Dat is hier niet zo.” “Dan kun je Mitchells fantasywereld wel afwijzen, maar de rest van wat hij schrijft is óók allemaal verzonnen. Moet je dat dus ook afwijzen? Ik begin er niet aan. David Mitchell vraagt asiel in mijn hoofd; hij kan het krijgen.” Dat is uiteraard een mening waar de recensent (en de lezer) recht op heeft, maar – om de beeldspraak aan te houden – ik verleen Mitchell geen asiel meer in mijn hoofd. Ik haak af, zoals ik eerder deed bij Murakami zo gauw ik zijn ‘trucje’ door had… Wat mij ook niet bevalt aan de roman is het belerende en het uitleggerige van het laatste deel (2043): na de zondvloed, en hoe het zo gekomen is: “Het is alles: het is verdriet om de landstreken die we gedeadland hebben, de ijskappen die we hebben doen smelten, de Golfstroom die we van koers hebben doen veranderen, de rivieren die we hebben laten droogvallen, de kustgebieden die we hebben laten overstromen, de meren die we met troep hebben verstikt, de zeeën die we hebben laten sterven, de planten- en diersoorten die we hebben laten uitsterven, de bestuivers die we van de aarde hebben laten verdwijnen, de olie die we erdoor hebben gejaagd, de medicijnen waarvan we de werking hebben ontkracht, de mooipratende leugenaars die wij met onze stem aan de macht hebben geholpen, allemaal omdat wij onze luxe levenspatroon niet wilden aanpassen. Mensen hebben het over de Verduistering zoals onze voorouders het over de Zwarte Dood hadden, alsof het om een ingrijpen van God ging. Maar we hebben het over onszelf afgeroepen, met elk vat olie waar we ons doorheen hebben gebrand. Mijn generatie bestond uit dinergasten die zich bewusteloos vraten in het Restaurant van de Aardse Rijkdommen in het volle besef – al ontkenden we dat – dat wij straks zonder te betalen de deur uit zouden lopen en dat de rekening door onze kinderen zou moeten worden voldaan.” (p.527) Een prachtig, politiek correct stukje. Maar er bestaat een regel in de kunst: “show, don’t tell”…. Als Mitchell deze boodschap zo belangrijk vindt (en dat doet hij, want ook in Wolkenatlas komt hij op dit thema uit), waarom zadelt hij ons dan op met fantacy-verhaaltjes over de strijd tussen Chronometristen en Anachoreten, de “zielenverslindende Tijdlozen”? Of welke link mis ik? Mijn hoofdbezwaren tegen Tijdmeters:
Wandelblogs
Iedere zaterdag (bijna) wandel ik in de omgeving van Utrecht. Door weer en wind, bij nacht en ontij (bij wijze van spreken). Dat komt niet doordat ik zo ondernemend ben, maar door het feit dat ik me in de zomer van 2012 heb aangesloten bij een wandelgroep. Heerlijk! Ik hoef niet alles zelf te plannen of te organiseren, maar vooral te zorgen dat ik op zaterdag bijtijds opsta en mij op het afgesproken uur bij de startlocatie meld. Die startplaats wisselt wekelijks, en daarmee uiteraard ook het wandeltraject. Na verloop van tijd ben ik onderweg wat foto’s gaan maken, die ik achteraf – tezamen met een kort begeleidend commentaar - deel met mijn fellow-travellers. Sinds begin 2014 doe ik dit online, in de vorm van een soort weblog: mijn wandelblog. Omdat het voor mij elke keer weer een verrassing is waar ik zal lopen, moet ik ook mijn foto-onderwerpen ter plaatse (en in het voorbijgaan) als zodanig herkennen. Dat heeft wel iets van een wekelijkse ‘blind date’. Het merendeel van mijn 'dates' bestaat uit “Utrechtse landschappen”, hoewel we ons af en toe ook buiten de regio wagen. Dat levert dan "Uitheemse landschappen" op, of - meer specifiek - "Kustlandschappen". Op een gegeven moment ben ik van wandelgroep geswitcht. Vier jaar lang maakte ik deel uit van de wandelgroep LOOP, waarin ik met veel plezier gewandeld heb. Toen die groep dreigde te worden opgeheven heb ik met een aantal mede-lopers een soort 'doorstart' gemaakt. Sinds die tijd loop ik dus met de "Doorlopers". Nu, na inmiddels meer dan 10 jaar wandelen, loop ik nog steeds met evenveel plezier. Alleen merk ik dat we - uiteraard - vaker dezelfde routes lopen. En dat mijn teksten en beelden bijgevolg in herhaling gaan vervallen. Dat is voor mij voldoende reden om niet alles wat ik loop nog in mijn 'wandelblog' te melden... Sorry daarvoor.
Mijn boekenka(s)t(t)en
Extra's
Rome revisited
Zes dagen Dublin
Weerzien in Petersburg
Omweg naar Moskou
Rondreis door Ierland
Zeven dagen in Rome
|
Copyright © Paul Lamandassa 2007-2023 | Powered by CMSimple| Template: ge-webdesign.de| Login